De vader vindt dat zijn zoon egoïstisch is, want hij weet dat hij de frietjes heeft gekocht en dat het hem toebehoort. De vader weet dat de zoon aan hem toebehoort. De vader zou dus boos kunnen worden en nooit meer frietjes voor zijn zoon kunnen kopen, alleen om hem een lesje te leren. Of de vader zou zijn zoon in frietjes kunnen “begraven” als hij dat zou willen.
De vader denkt: “Waarom is mijn zoon egoïstisch, ik heb een heel bakje frietjes voor hem gekocht en ik wil er maar ÉÉN.”
God heeft ons geld gegeven. Wanneer Hij om de tiende vraagt, slaan mensen Hem figuurlijk op Zijn hand en zeggen: “Blijf met Uw handen van mijn geld af!”
God is eigenaar van alles wat wij hebben. Hij wilt dat wij:
- Weten om te gaan met wat wij hebben, voor Zijn glorie.
- Een deel teruggeven van wat Hij ons geeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten